Op verzoek van Hendricus Wilmink, grootvader en voogd van Jacomijna en Jeremias Hendricus Wilmink, de boedel van wijlen Andries Wilmink en Maria Catharina Bock gescheiden. De zoon ontving zijn vader's kleding, 2 paar zilveren gespen, een boek met zilveren beslag, een tinnen inktkoker, 2 boeken, De leste Woorden der Stervende, door Coenraad Mel, een koperen tabaksdoos en een houten kast. De dochter ontving textielgoederen. Menso Getkate en diens vrouw Fenneken Wilmink ontvingen het meubilair en namen daarvoor de schulden over.